Deze “second vin”(klassieke tweede wijn) van Ornellaia werd voor het eerst geproduceerd in 1997, met als doel een verdere kwaliteitsverhoging van Ornellaia. Om dat te bereiken voerde men een nog rigoureuzere selectie van de vaten uit, die bestemd zijn voor de final blend van Ornellaia. Het overige deel wordt gebruikt voor Le Serre Nuove. De oogst van de druiven voor beide wijnen gebeurt handmatig, waarna de druiven in kisten van maximaal 15 kilo naar de kelder worden gebracht. Voor en na het ontstelen vindt er nog een tweede selectie met de hand plaats, om de kwaliteit beter te waarborgen. Elke druivensoort en elk perceel worden apart gevinifieerd. Voor de fermentatie worden roestvrijstalen vaten gebruikt, waarbij de temperatuur wordt gecontroleerd tussen de 22° en 28°C voor een periode van twee weken. Hierna volgt een maceratie van 10-15 dagen. De malolactische vergisting start in de rvs vaten en eindigt nadat het sap wordt overgebracht in houten vaten. Van deze vaten is 25% nieuw en 75% een jaar oud. Het sap rijpt nog voor 15 maanden in de temperatuur gecontroleerde kelders van Ornellaia. De wijn wordt na de eerste 12 maanden samengesteld, waarna de blends opnieuw voor 3 maanden in de vaten verder rijpen. Na het bottelen rust de wijn nog eens zes maanden in de fles, voordat de wijn op de markt komt.